In de Gouden Eeuw was Nederland een tolerant land, zo leren we. Maar dat had toch ook zijn grenzen. In 1668 brengt Adriaan Koerbagh zijn boek: "Een ligt schijnende in duijstere plaatsen, om te verligten de voornaamste saaken der Gods-geleertheyd en der Gods-dienst" bij zijn drukker.
In dit boek valt hij de theologie van die dagen aan.
De drukker brengt zijn boek naar de autoriteiten, het wordt niet gedrukt, en Koerbagh belandt in het rasphuis, waar hij na een jaar overlijdt.
Koerbagh was een volgeling van Spinoza, die voorzichteger was: zijn "Ethica" werd pas na zijn dood uitgegeven.
vrijdag 30 december 2011
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten