donderdag 22 januari 2009

Bijbel en theologie(4). Was David een Filistijn(4)?

David wordt achtervolgd door Saul, en op een gegeven moment haalt David samen met Abisaï de speer en de waterkruik uit de tent van Saul, om te bewijzen dat David Saul goedgezind is (I Sam. 26). Dan vertelt David aan Saul wat hij heeft gedaan, en hoe gemakkelijk hij hem had kunnen doden. Eén van de opmerkelijke dingen die David daarbij zegt is het volgende: ... maar indien het mensen zijn, vervloekt zijn zij voor het aangezicht des Heren, omdat zij mij thans verwijderd houden van de gemeenschap met het erfdeel des Heren, en zeggen: ga heen, dien andere goden. (I Sam. 26:29) Er werd dus tegen David gezegd, dat hij maar weg moest gaan en andere goden moest gaan dienen. Voor mijn gevoel zeggen ze eigenlijk: ga weg, want je bent een buitenlander, en ga je de goden van je geboorteland maar weer dienen. In feite zeggen we dat nog steeds tegen christenen uit islam-landen, die vanwege hun geloof zijn gevlucht.

Geen opmerkingen: